dinsdag 16 juni 2015

Bonaire, Kralendijk

Kralendijk   
Een maand reeds dobber ik aan een meerboei boven duikstek 32 voor Kralendijk. De tijd vliegt als het goed gaat. Onze drijvende buurt met een gemengd internationaal gezelschap is levendig. Regelmatig stopt een dinghy bij een buurboot voor een babbel of voor een gezamenlijke duik. Het overgrote deel zijn Nederlandse boten dus de taal vormt geen barrières. Velen gaan hier of op Caracao  het orkaan seizoen doorbrengen. Ik vermaak mij best in deze buurt.
Bonaire zelf kan je niet omschrijven als een mooi eiland, toch niet in mijn aanvoelen. Het is een laag droog dor eiland met een beperkte natuur. Hier vind je niet het overweldigende groen zoals op veel door mij bezochte eilanden in de Caraïbische boog. Geen bananenplantages, geen verloren mangobomen waar een eenzame stapper al dan niet gratis zijn caloriepijl kan bijtanken. Ik huurde een scooter en toerde hier een dagje rond. Zelfs op de scooter is het in het binnenland heet, geen groene boomkruinen die de enthousiaste zon de opwarming van de aarde belemmeren. Het oosten van het eiland wordt gedomineerd door industriële zoutwinning uit de roze zoutpannen. Bepaalde aanpalende mangroves kleuren nog rozer door elegante flamingo's vissend naar de garnaaltjes die hun veren zo mooi kleuren.
enkel de cowboys ontbreken
Als je de draai neemt naar de west veranderd het decor. Op de noordzijde beukt de Caraïbische zee constant in op de stranden van grof koraal. Overal staan 'kunstwerken' van aangespoeld verweerd hout. In menige boetiekjes vind je dit juttersmateriaal, al of niet artisanaal bewerkt, dat weer achter de horizon verdwijnt aan boord van de luxe cruiseschepen. Geen goede rustplaats voor hout op drift. Als je het voorwiel richting binnenland richt dool je tussen dorre karig begroeide struiken en uitgestrekte cactusvelden. Geen goede plaats voor natuurliefhebbers die graag eens bomen knuffelen, alle vegetatie is goed voorzien van doornen en prikkers van degelijke kwaliteit. Mijn poging om wat dichter bij een groepje papegaaien te komen werd snel doorprikt, op afstand zijn die echter ook mooi :-) De schoonheid van Bonaire is echter te vinden onder water. Waarschijnlijk de mooiste duikstek in het Caraïbisch gebied. De overheid doet dan ook heel erg zijn best om de natuur te conserveren en zelfs te verbeteren. Verschillende organisaties zijn actief om koraal bij te kweken, de groene schildpad kolonie te beschermen enz. Zo kon ik een aantal dagen geleden meedoen aan een opkuis dag. In Lac Bay waar de groene schildpadden hun eieren komen leggen wordt ook veel gevist.
pelikanen, grappige vogels een vliegend schepnet
Veel vislijnen worden door het scherp koraal afgesneden en blijven op de bodem en tussen het koraal hangen. Nogal wat schildpadden raken hierin verstrikt of krijgen een haak in hun bek. Dus zocht de Sea Turtle Conservation Bonaire vrijwilligers om deze lijnen te verwijderen. We waren met een 8 tal duiksteams en een aantal snorkellaars. Ongelofelijk hoeveel visdraad met bijbehorende haken er 'geoogst' werd. Het was echter een leerrijke en interessante dag met een groep enthousiaste mensen, leuk.
Het is wel een heel duur eiland. Alles wordt hier betaald met dollars. Ik begrijp niet goed hoe de armere bevolking hier aan eten geraakt. Alles is veel duurder dan bij ons. Gelukkig had ik in St Martin voldoende wijn ingeslagen, dat is hier bijna onbetaalbaar??? Het eiland heeft geen industrie buiten de zoutproductie dus toerisme is de hoofd inkomstenbron. En die bron zal blijven stromen tot zolang ze het duikparadijs in stand houden en de zon gratis onze huid verkleurd.